Bezoldigingsmaxima 2025 voor topfunctionarissen in de zorgsector bekend
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft recent de bezoldigingsmaxima voor topfunctionarissen werkzaam in de zorg en jeugdhulpsector voor 2025 bekend gemaakt.
De Wet normering topinkomens (WNT) normeert de bezoldiging van topfunctionarissen bij instellingen met een publieke of semipublieke taak. Op grond van de WNT bestaat onder andere de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp (Regeling). Deze regeling kent specifieke bezoldigingsmaxima voor topfunctionarissen werkzaam in de zorg en jeugdhulp.
Op grond van de Regeling moeten zorginstellingen worden ingedeeld in een klasse. De bij die klasse behorende bezoldiging is het maximum voor topfunctionarissen. Het bezoldigingsmaximum voor de hoogste klasse (V) is gelijk aan het algemeen bezoldigingsmaximum voor 2025 dat is vastgesteld op € 246.000. Voor klasse IV geldt per 1 januari 2025 een bezoldigingsmaximum van € 226.000, voor klasse III € 201.000, voor klasse II € 167.000 en voor klasse I € 138.000. Dit komt neer op een verhoging van 5,4% ten opzichte van de bezoldigingsmaxima in 2024.
Eind augustus jl. maakte de Minister naast het algemeen bezoldigingsmaximum ook de bezoldigingsmaxima voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking (in de praktijk ook wel ‘interimmers’ genoemd) voor 2025 bekend. Deze maxima gelden ook voor interimmers in de zorgsector.
Daarnaast is recent ook een wijziging van de Uitvoeringsregeling WNT gepubliceerd. De daarin opgenomen aanpassingen zijn met name technische verbeteringen en verduidelijkingen, bijvoorbeeld ten aanzien van de wijze van verantwoorden van de WNT-gegevens bij toepassing van de doorbetaaldloonregeling. De enige twee inhoudelijke wijzigingen betreffen:
- De premie of bijdrage van de werkgever voor bestuurdersaansprakelijkheidsverzekeringen wordt uitgezonderd van het bezoldigingsbegrip, ongeacht of de werkgever deze premie heeft ondergebracht in de werkkostenregeling of niet. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties licht toe dat het hier gaat om verzekeringen die onvermijdbaar en onontbeerlijk zijn om de functie als topfunctionaris in goede orde en zonder grote persoonlijke aansprakelijkheidsrisico’s te kunnen vervullen. Om die reden ligt het volgens de Minister voor de hand om het bezoldigingsbegrip op dit punt beleidsmatig te wijzigen.
Voor de Belastingdienst geldt overigens dat deze aanspraak wel nog steeds tot het loon wordt gerekend. Als men belastingheffing over deze premie wenst te voorkomen, zal deze dus alsnog onder de werkkostenregeling moeten worden gebracht.
2. Voorgeschreven wordt dat de deeltijdfactor (voor zover kleiner dan 1 fte) moet worden afgerond op drie decimalen. Dat geldt zowel voor de berekening van het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum als voor de weergave van de deeltijdfactor in de WNT-verantwoording. Eerder werd dit nog niet voorgeschreven, terwijl het aantal decimalen een substantieel verschil in het individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum kon opleveren.
Hoewel in de toelichting van de wijziging van de Uitvoeringsregeling WNT wel al naar de Beleidsregels WNT 2025 wordt verwezen, moeten deze nog worden gepubliceerd.
De gewijzigde sectorale regeling bezoldigingsmaxima voor topfunctionarissen werkzaam in de zorg en jeugdhulpsector voor 2025 vindt u hier.
Wilt u meer weten over de nieuwe bezoldigingsmaxima of de WNT in het algemeen, neem dan contact op met Willemien Bischot of Lieke Bartelsman.