3 min read

Het Nederlandse bijkantoor en de verklaring derdenbeslag: wat te verklaren?

13 September 2019

Stel u bent werkzaam als claims handler of legal counsel op het Nederlandse bijkantoor van de internationaal opererende verzekeraar Best Insurance SE, statutair gevestigd te Luxemburg. De receptie belt met het bericht dat de deurwaarder op de stoep staat met een beslagexploot.

Uit dit beslagexploot blijkt dat de beslaglegger (conservatoir) derdenbeslag wil leggen op aanspraken van CEO Jansen op Best Insurance SE uit hoofde van een bij deze verzekeraar gesloten (bestuurders)aansprakelijkheidsverzekering. Het bijgesloten formulier verklaring derdenbeslag legt u de vraag voor of dergelijke aanspraken bestaan (art. 476a Rv).

Wat verklaar je?

Die vraag lijkt relatief eenvoudig te beantwoorden ten aanzien van een door uw Nederlandse underwriting collega’s geschreven polis. Maar hoe luidt uw antwoord als u bijvoorbeeld weet dat de (groep van) verzekeringnemer ook buiten Nederland actief is? Zou het kunnen dat de SE, die niet alleen in Nederland maar ook in een aantal andere jurisdicties een bijkantoor heeft, ook andere polissen heeft afgegeven waaronder CEO Jansen mogelijk aanspraak kan maken op dekking? Dit op voorhand uitsluiten is niet altijd mogelijk.

Dan rijst de vraag of u zich kunt beperken tot een opgave omtrent het al dan niet bestaan van aanspraken op de door het Nederlandse bijkantoor afgesloten polis, of dat u ook melding moet maken van mogelijke andere aanspraken op Best Insurance SE? Wat doet u bijvoorbeeld met aanspraken die voortvloeien uit een door uw Duitse collega’s vanuit het bijkantoor te München geschreven verzekering? De SE is immers de rechtspersoon, de bijkantoren zijn dat niet.

Geen eenduidig antwoord

Het antwoord op deze vragen is niet in abstracto te geven. Zo spelen de polis, het beslagrekest, het verleende verlof en het beslagexploot een belangrijke rol bij de beantwoording van de vraag of u onderzoek dient te doen naar het bestaan van aanspraken van CEO Jansen op Best Insurance SE buiten Nederland. En zou u op dergelijke aanspraken stuiten dan is nog niet gezegd dat u daarvan melding moet maken in de derdenverklaring.

Een zorgvuldige aanpak en formulering van de derdenverklaring is van belang, niet alleen vanwege de verplichtingen van Best Insurance SE als derde-beslagene, maar ook omwille van de belangen van CEO Jansen die in het geding kunnen komen. Dat geldt temeer in de situatie dat de beslaglegger niet weet of CEO Jansen enige aanspraak op Best Insurance SE heeft. Zo’n situatie is vergelijkbaar met de fishing expeditions waarmee banken zich veelvuldig zien geconfronteerd bij (conservatoir) derdenbeslag.

Herkent u deze situatie of wilt u daarop voorbereid zijn? Aarzelt u dan niet contact op te nemen met Annemieke Hendrikse of Annemetje Koburg voor meer informatie of assistentie in een concreet geval.