Wet toekomst pensioenen | compensatie
De Wet toekomst pensioenen (“Wtp”) leidt voor de meeste werkgevers tot een aanpassing van de pensioenregeling in de onderneming. In het nieuwe pensioenstelsel kan een werkgever alleen nog een premieregeling aanbieden met een leeftijdsonafhankelijke premie. Daarnaast komt er een einde aan de herverdeling van pensioenopbouw van jongeren naar oudere deelnemers en van laagopgeleiden naar hoogopgeleiden, doordat de doorsneesystematiek in de Wtp is afgeschaft. Door de overstap naar een premieregeling met een leeftijdsonafhankelijke, vlakke premie, zullen met name deelnemers in de leeftijdsgroep 40-55 jaar minder pensioen opbouwen dan wanneer de doorsneesystematiek of progressieve premies zouden worden voortgezet. Dit leidt tot de vraag of compensatie nodig is, bijvoorbeeld om te komen tot een rechtsgeldige wijziging van de pensioenregeling.
Compensatie
Een werkgever kan ervoor kiezen de werknemers te compenseren in de vorm van een extra pensioenaanspraak of in de vorm van loon. Voor compensatie in de vorm van pensioen stelt de Pensioenwet aanvullende regels. Daar staat tegenover dat tot uiterlijk 31 december 2036 compensatie in de vorm van pensioen fiscaal is gefaciliteerd. De premiegrens van 30% van de pensioengrondslag is tijdelijk verhoogd naar 33%. De premie voor compensatie bedraagt daarmee maximaal 33%, verminderd met wat is ingelegd aan reguliere pensioenpremie.
Compensatie via pensioenopbouw
Als in een pensioenovereenkomst afspraken worden gemaakt over compensatie in de vorm van het toekennen van extra pensioenaanspraken, dan gelden daarvoor de volgende voorwaarden:
- de werknemer heeft recht op compensatie als voor het leeftijdscohort waartoe de werknemer behoort compensatie is overeengekomen in de pensioenovereenkomst. Daarbij is niet vereist dat de werknemer bij aanvang van de compensatieperiode al werkzaam was bij de werkgever.
- de compensatie wordt tijdsevenredig aan de werknemer toegekend over de compensatieperiode. Die periode begint op de ingangsdatum van de gewijzigde pensioenovereenkomst en eindigt uiterlijk 31 december 2036.
- de compensatie moet zijn gefinancierd op het moment dat de compensatie onvoorwaardelijk wordt toegekend.
De Wtp maakt hierbij geen onderscheid tussen bestaande en nieuwe werknemers. De nieuwe werknemer verkrijgt op het moment van indiensttreding recht op dezelfde compensatieregeling als de bestaande werknemer. Dat betekent dat bij het wisselen van werkgever een nieuw recht op compensatie ontstaat voor de resterende duur van de compensatieregeling. De gewezen deelnemers en gepensioneerden worden niet gecompenseerd. De compensatie ziet immers op gemis aan (toekomstige) pensioenopbouw.
Transitieplan
Als werkgever ben je verplicht om een transitieplan op te stellen. In het transitieplan legt de werkgever de keuzes, overwegingen en berekeningen die ten grondslag liggen aan de wijziging van de pensioenovereenkomst en de wijze waarop wordt omgegaan met opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten schriftelijk vast, evenals de verantwoording waarom sprake is van een evenwichtige transitie.
Ondernemingsraad
Wees als werkgever bewust dat in de meeste gevallen instemming van de ondernemingsraad nodig is, omdat ook de transitie en de daarbij horende compensatie al snel onderdeel uitmaken van de regeling op grond van een pensioenovereenkomst.
Verplicht?
Het verlenen van een compensatie is niet bij wet verplicht gesteld. Er is geen compensatieplicht. Als werkgever heb je het recht om in de arbeidsvoorwaardelijke fase te besluiten om compensatie te verlenen. Bij een verplichte deelname aan een bedrijfstakpensioenfonds kan je als werkgever verplicht worden om de compensatieregeling van sociale partners binnen die bedrijfstak te volgen.
Meer weten?
Als u meer informatie wenst over compensatie of behoefte heeft aan een advies, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.