3 min read
Pensioenakkoord 2019, wat betekent het voor u?
13 June 2019

Er is een Pensioenakkoord! Althans in concept. Wat staat erin? Wat zijn de kernzaken? En wat zijn de vervolgstappen? Hieronder zetten we dat beknopt en overzichtelijk op een rij.

Wat is het Pensioenakkoord?

Op 5 juni jl. presenteerden werkgeversverenigingen, vakbonden en het kabinet het (langverwachte) principeakkoord over de vernieuwing van het pensioenstelsel, zoals dat is vastgelegd in het SER-advies ‘Naar een nieuw pensioenstelsel’. Kortom: het Pensioenakkoord. Tegelijkertijd verstuurde de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid deze brief aan de Tweede Kamer over het gesloten Pensioenakkoord. 

Conceptakkoord

Op dit moment is het Pensioenakkoord nog niet definitief. Daartoe is de vervulling van de volgende twee voorwaarden vereist.

  • Het Ledenparlement van FNV moet zaterdag 15 juni aanstaande instemmen met het Pensioenakkoord. Daaraan voorafgaand krijgen alle leden van FNV de mogelijkheid tussen 12 juni 2019 en 15 juni 2019 in een adviserend referendum hun mening te geven.
  • Het Pensioenakkoord vergt wetswijzigingen. Uiteraard moeten de hiertoe benodigde wetsvoorstellen eerst door de Tweede en Eerste Kamer worden aangenomen. De regeringspartijen hebben een meerderheid in de Tweede Kamer. Zij hebben nauw samengewerkt met Groen Links en de Partij van de Arbeid om te borgen dat deze wetsvoorstellen ook in de Eerste Kamer op een meerderheid kunnen rekenen.

Wat zijn de belangrijkste thema’s?

Wat zijn de belangrijkste thema’s in het pensioenakkoord? Wij hebben ze hieronder op een rij gezet.

  1. AOW-leeftijd stijgt minder snel
  2. Afschaffing doorsneepremie, introductie leeftijdsonafhankelijke premie en compensatie
  3. Introductie nieuw pensioencontract: premieregeling met uitgebreide risicodeling
  4. Vermijden pensioenkortingen en transitie
  5. Verbeterde premieregeling ook toegankelijk voor bedrijfstakpensioenfondsen
  6. Leeftijdsonafhankelijke premie: gevolgen andere contracten?
  7. Omzetting van oude rechten in nieuwe rechten (invaren / waardeoverdracht)
  8. Keuzevrijheid
  9. Fiscale behandeling
  10. Verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor ZZP-ers
  11. Zware-beroepenregeling? (RVU-regeling tijdelijk versoepeld)

Vervolgstappen

Sociale partners en het kabinet zullen een stuurgroep formeren die de komende maanden en jaren de afspraken uit het Principeakkoord nader zal uitwerken. De ambitie van het kabinet is per 1 januari 2022 alle wetswijzigingen doorgevoerd te hebben.

1. AOW-leeftijd stijgt minder snel

In 2020 en 2021 zal de AOW-leeftijd 66 jaar en 4 maanden blijven, zoals nu ook het geval is. Vervolgens stijgt de AOW-leeftijd naar 66 jaar en 7 maanden in 2022 en naar 66 jaar en 10 maanden in 2023. In 2024 bedraagt de AOW-leeftijd 67 jaar. Vanaf dat moment zal de AOW-leeftijd weer gekoppeld worden aan de levensverwachting, maar wel op zo’n manier dat een jaar langer leven leidt tot een verhoging van de AOW-leeftijd met 8 maanden. Diezelfde systematiek gaat ook gelden voor de (fiscale) pensioenrichtleeftijd. Op dit moment betekent elk jaar langer leven nog een verhoging van de AOW- en pensioenrichtleeftijd met één jaar. 

In onderstaande figuur hebben wij het gewijzigde AOW-tijdpad schematisch weergegeven.

De verminderde stijging van de AOW-leeftijd heeft tot gevolg dat werkgevers ook minder lang oudere werknemers in dienst hoeven te houden, nu zij de arbeidsovereenkomst kunnen opzeggen tegen het moment dat de werknemer de AOW-leeftijd bereikt.

Zie voor de andere thema’s onze Van Doorne nieuwsbrief Pensioenakkoord 2019.
Meer weten, bijvoorbeeld in het bijzonder over de juridische aandachtspunten van dit akkoord? Neem contact op met Sijbren Kuiper.